Op 14 januari 2025 heeft DSI aan een gecertificeerde beleggingsspecialist een educatieve maatregel opgelegd. De maatregel werd opgelegd wegens het verrichten van een transactie waarbij er sprake was van het vermoeden van marktmanipulatie. Daarmee heeft de gecertificeerde volgens DSI in strijd gehandeld met de DSI Gedragscode.
Uit het onderzoek van DSI is gebleken dat de gecertificeerde van een klant de opdracht kreeg om aandelen te kopen waarbij gesproken werd over een hogere koers. Hierna heeft de gecertificeerde de opdracht doorgezet naar een andere instelling die de orderuitvoering verzorgde. Een medewerker van deze instelling liet vervolgens weten dat de order werd geweigerd op advies van compliance, vanwege een vermoeden van marktmanipulatie. Na de weigering van de andere instelling om de order uit te voeren heeft de gecertificeerde de order zelf uitgevoerd via het systeem van zijn eigen werkgever.
DSI is van mening dat het specifieke verzoek van de klant in combinatie met het negatief advies van compliance van de andere instelling reden had moeten zijn voor de gecertificeerde om zich terughoudend op te stellen. De gecertificeerde had in dit geval eerst bij zijn eigen compliance officer moeten verifiëren of de order in deze omstandigheden kon worden uitgevoerd. Door de order alsnog direct zelf uit te voeren, heeft de gecertificeerde onzorgvuldig gehandeld.
Volgens DSI is hiermee de DSI Gedragscode overtreden. Het gaat in het bijzonder om de volgende artikelen:
DSI kan indien een schending van de gedragscode wordt geconstateerd sancties opleggen. Dit kan door een zaak voor te leggen aan de DSI Tuchtcommissie of door een transactie (schikking). DSI heeft in dit specifieke geval gekozen voor een transactie bestaande uit het verplicht volgen van een opleiding. Bij de overweging om de gecertificeerde een educatieve maatregel op te leggen heeft DSI de arbeidsrechtelijke gevolgen die het incident voor de gecertificeerde heeft gehad ook meegewogen.